woensdag 30 september 2009

127. Lijn en draad




Een direkt verband tussen een spinnenweb en een tekening of relief van Jan Schoonhoven is er misschien niet maar wel tussen een spin en de kunstenaar zelf; althans die heeft hijzelf ooit gelegd. Hij vertelde dat hij eigenhandig een draad uit een spin wist te trekken. Nee, zielig was het niet voor het beestje dat er volgens de kunstenaar bijstond 'als een vooroorlogse werkloze'. Schoonhoven kon zich in het lot van deze spin wel verplaatsen. Hij voelde zich 'net zo leeggetrokken als die spin'. Zijn galeriehouder kwam namelijk wekelijks langs om een stapeltje tekeningen op te halen. Er was veel vraag naar.











maandag 28 september 2009

126. Herfst







Herfst uit de collectie van www.museumanonymus.nl

125. Roy Wenzel



Een van de beste Nederlandse kunstenaars van dit moment is Roy Wenzel (1959). Dat kan je gerust beweren ook al heeft vrijwel niemand van hem gehoord. Over een x-aantal jaren komen velen daar wel achter.
Een Wenzel zul je niet in Nederlandse musea of hippe galerie zien hangen. Zo gaat dat. Hij past niet in de kaders; hij is verstandelijk beperkt. Gelukkig kun je vandaag de dag nog steeds tot een kleine elite rekenen en je onderscheiden van de rest door Wenzel wel te kennen en te volgen. Met enig geluk kan je soms een echte Wenzel zien hangen. Let maar op als er ergens iets over outsiderkunst aan de hand is. Je zult geheid zien dat als Wenzel beroemd is dat niemand nog het woord 'outsiderkunst' in de mond zal nemen; dan is zijn naam het kader ontstegen.

zondag 27 september 2009

124. Foeilelijk



'In een hoekje van mijn tuin heb ik deze vloekende kleurencombinatie staan. Ik vind het foeilelijk.'
Gevonden: ergens op het net.

zaterdag 26 september 2009

123. Ontregelen


Tot ver in de jaren zeventig van de vorige eeuw werden schilderijen als deze in de kunstwereld afgedaan als wanstaltige en burgelijke kitsch. Een van de eersten der herwaarders, ere wie ere toekomt, was Armando. Hij koos in 1973 voor de omslag van zijn proza 'Dagboek van een dader' een Casper David Friedrich, een nogal ongebruikelijke keuze.
In de jaren tachtig kwam er een opleving onder hippe jonge academische kunstenaars die weer romantisch gingen schilderen; atijd met de onlosmakelijke knipoog of kwinkslag want uitdrukking geven aan een 100% oprechte natuurbeleving kon geen sprake meer zijn... Hier zien we een anoniem schilderij (50 x 70cm.) dat gemaakt moet zijn in de jaren vijftig of zestig dus nog ver voor de herwaardering met een knipoog. Onbevangen kitsch, zou je kunnen beweren maar er is meer met dit doek aan de hand om het te declasseren. Het realistische gehalte van de voorstelling voert de boventoon; het ontbreekt aan een idealiserend maniertje. Alsof de schilder wilde uitdrukken: ik kan er niets aan doen maar zo lag dit beekje er werkelijk bij in de sneeuw en ik kan het ook niet helpen dat de laaghangende zon aan alle naaldstammetje een gouden gloed gaf; ik heb me nog ingehouden want het was in werkelijkheid nog veel erger.
Een hippe jonge schilder zou misschien een drijvend colablikje hebben toegevoegd of iets anders om de kijker te 'verwarren' te 'verontrusten', te 'ontregelen' of 'op het verkeerde been te zetten' (uit de top tien van meest voorkomende woorden in kunstbeschouwingen). Vanwaar toch die hardnekkige drang om te ondermijnen?
Een ander woord dat je weleens hoort als het over kunst gaat is 'ijzingwekkend'; daar geloof ik niet in; dat is ook helemaal nergens voor nodig.

vrijdag 18 september 2009

121. Een Volten en geen 'Moeder met Kind'


Bij de ingang van de kunstacademie in Arnhem (ontwerp Gerrit Rietveld) staat (of stond; daar wil ik vanaf wezen) een minstens vier meter hoog beeld van staal; werkelijk geen lullig dingetje. Voor een correcte illustratie zal ik daar toch eens een foto van moeten maken -nergens kunnen vinden-. Tot die tijd hiernaast een foto van een sculptuur van dezelfde kunstenaar dat dezelfde geest ademt, al is die aan een muur bevestigd en staat het niet pontificaal op eigen benen buiten in het gazon bij de hoofdingang zoals het bewuste beeld.
Halverwege de jaren zeventig schreef ik stukjes voor de schoolkrant van die academie. Het leek me een aardig idee iets te schrijven over dat beeld. Uit een kleine rondvraag bleek dat geen van mijn mede-leerlingen wist wie dit beeld bedacht had. Van een docent begreep ik dat het beeld een abstractie was van een 'moeder met kind' voorstelling -zou kunnen-. Hij nam me echter in de maling; een sneer naar jaren vijfig/zestig opdracht-beeldhouders die Nederland volplempten met dergelijke realistische voorstellingen. Mijn idee voor een stukje bestond er uit om de maker telefonisch te confronteren met de uitkomst van de rondvraag en of het daadwerkelijk om een abstractie ging en zo niet wat dan wel... De beeldhouder, Andre Volten (Andijk 1925-2002), reageerde furieus; het zou toch algemeen bekend moeten zijn dat hij geen abstracties maakt van voorstellingen; zijn beelden zijn altijd titelloos en geometrisch... en hij kon er immers natuurlijk niets aan doen dat geen academieleerling weet wie de maker is van het beeld waar zij dagelijks minstens twee keer langslopen.
Andre Volten heeft, in de na-oorlogse periode tot de jaren negentig, waarschijnlijk de meeste opdrachten uitgevoerd van alle beeldhouwers en die ook nog eens op representatieve plekken in Nederland. De kans is groot dat het publiek zijn beelden in de openbare ruimte ergens bovenaan de lijst van de meest afschuwlijk lelijke beelden zal plaatsen. Ik denk dat als zijn beelden wat minder degelijke, duur, dominant en monumentaal zouden zijn uitgevoerd, dat je ze dan, ondanks de botte lelijkheid, er toch een zwak voor kunt ontwikkelen. Je zou mogen vaststellen dat beelden als van Volten, het gezicht van de openbare ruimte Nederland veel te lang (zo'n 20 jaar en ze werden steeds groter en duurder) hebbben gedomineerd; de tijdgeest was halverwege de jaren zeventig al veranderd maar beeldhouwers als Volten kregen tot ver in de jaren negentig talloze opdrachten waarbij ik vaak denk aan TV-beelden die steevast getoond worden om het eind van een dictatuur kracht bij te zetten; een Amerikaanse tank die met enige moeite een standbeeld van Saddam Hoessein omvertrok. Van alle mogelijke locaties voor beeldende kunst -al dan niet anoniem- is de openbare ruimte misschien wel het minst geschikt. Of in woorden van nu: buitenkunst is niet zo mijn ding.